24 juni, 2008
Voorbij en terecht
De oranje-gekte is weer geluwd. In de eerste wedstrijd dat het resultaat telt, laat Nederland het afweten. Wisten ze in de poulewedstrijden te overtuigen met teamgeest, combinaties, individuele acties en schitterende goals, tegen Rusland waren ze alleen gevaarlijk met vrije trappen en afstandschoten. Dankzij fabuleuze reddingen van Edwin van der Sar en de matige afronding van de Russen, was er nog lang hoop en wist oranje zelfs de gelijkmaker te maken. Kropen ze in de eerste helft van de verlenging nog door het oog van de naald, in het laatste kwartier werden ze meedogenloos afgestraft. De oranje-spelers verlangden naar het laatste fluitsignaal en waren met hun hoofd al bij de penalties met desastreus gevolg. De Russische nummer tien Arshavin, die de hele wedstrijd al had gedomineerd, gaf de voorzet voor de tweede treffer en de genadeklap door zelf 1-3 te scoren. Bij beide doelpunten stonden in de directe omgeving minimaal drie Nederlandse verdedigers, die niet of onvoldoende ingrepen. Blijkbaar zijn we fysiek en mentaal niet sterk genoeg om een voetbaltoernooi succesvol uit te spelen. Gedurende drie weken in zes wedstrijden goed presteren is ogenschijnlijk te veel gevraagd voor de oranje-spelers.